Poëzie

Kietelen

Moet is een naar woord
uitgaande van beteugeling opleggen
iets, of iemand regels voorschrijven
vier letters waarmee vrijheid wordt verstoord

Helaas is er meer misère dan dat
oorlog, honger, ongelijkheid
armen in overleving, zonder dak

Een ozonlaag met een gat
Nee, niet één, maar meer
zodanig ontsteld dat ik het niet tellen kan
dat doet wat zeer

Moeder natuur die zucht onder exponentiële drang
van baas boven baas boven baas boven baas boven baas 
en boven al de mens zonder medeleven

Moet is een naar woord dat werelden splijt
dus wanneer er onverdeeld iets zou moeten
zou het iets moeten zijn
waar voor ieder wat aan beklijft

Sommigen kunnen er tegen
misschien is het voor hen onnodig
dat maakt even niets uit
desondanks en dankzij al het andere
ben ik er stellig van overtuigd
dat de rest gekieteld moet worden
niet alleen mensen, maar heel de aarde,
de dieren, zeven zeeën en het universum
met al haar sterren en planeten

Behalve de zon
dat is het stralende middelpunt
waar ik m’n handen niet aan wil branden

Wanneer dat alles behalve deze levensbron
een kietelbeurt zou krijgen
zouden bomen dan schudden van het lachen,
bergtoppen als borsten bewegen,
aliens over aardse vrede radiosignalen capteren,
vissen vrolijk boven water springen,
vogels dansen, het uitgieren in plaats van zingen,
oorlogen verdwijnen?

Het universum voor een ieder en al
evenredig op haar divine moment uitlijnen?

Ik ben er stellig van overtuigd
Er moet meer gekieteld worden
Er moet meer gekieteld worden
Er moet meer gekieteld worden

Tot al wat kietelt en gekieteld wordt
geen moet meer nodig heeft
maar vanuit licht in
harmonie besluit

~ Mario Reijnen 2024

Pelgrimage 

Ondergronds is er een heiligdom tegen geschut buiten
verbindingstroepen afgeknepen, hier ben ik, zonderling
met naslagwerk bewapend en kroontjespen in gitzwarte inkt
morrelend aan getande taal der Nachtdier-kornuiten

Des te vaker de trappen worden afgedaald naar dit diep vertrek
waar van schappen vol gevulde schedels hen glorie wordt bestudeerd
te meer het besef waar ruimte voor volledig leven en vrede heerst
Een vuur zonder strijd, enkel een Genesis die werpt

Boven raast écht geweld, vliegtuigbommen, granaatinslagen
klimaatactivisten die worden gedoopt met waterkanonnen
winstuitkeringen van bedrijven die diplomatiek worden bezongen
over kromme ruggen van het volk dat kruisen moet dragen 

En ik, de taalpoetser die overpeinzingen de wereld in schiet
een handvol eigen heiligheid in vier kwatrijnen heb opgetekend
bij ochtendlicht weerzie hoe arbeid tot plicht werd verheven
kan dan geen schoner weldaad bedenken dan hetgeen hier ziedt

~ Mario Reijnen 2020

De vroege vogels

Een dier dat kunsten vertoont
tjilpt uit de boom een riedel af
het lied dat in deze strofen woont
is van vogels die zingen bij nacht

Het repertoire dat telkens weer
sereen glijdt door stille straten
zingt door alle dromen heen
klinkt van korte en lange halen

Het is ook dichter’s metgezel
bij schrijven wanneer men slaapt
over een vogel genest in sonnet
dat het bezingt bij dageraad

Van hoe zij samen de nacht afbraken,
voordat de mensen weer ontwaakten

~ Mario Reijnen 2020

Mijn overbuurvrouw is een meeuw is een bloemlezing samengesteld door Tsead Bruinja en Wim van Til. Aan het fysieke boek heb ik naast het openingsgedicht en wat achtergrondtaken dus geen bijdrage.

Samen met destijds dichter des vaderlands Tsead Bruinja en het Poëziecentrum Nederland heb ik de website www.coronagedicht.nl geïnitieerd. De website is gearchiveerd door Koninklijke Bibliotheek Nederland als officieel UNESCO cultureel erfgoed. Deze bloemlezing, uitgebracht door uitgeverij Liverse is het fysieke resultaat van de selectie van 100 gedichten van de vele inzendingen.

Hieronder enkele reacties uit de media:

“Die pandemie heeft een cascade aan gedichten losgemaakt, coronagedichten, een fontein van opengesprongen dichtaders.”

– John Jansen van Galen in Met het Oog op Morgen op Radio 1

“Waarschijnlijk is het in Nederland nog nooit voorgekomen dat er in zo’n korte tijd zoveel gedichten over hetzelfde onderwerp zijn geschreven en ook nog eens direct beschikbaar gesteld via internet.” – Ingmar Heytze in Trouw, Trouw, 23-5-2020:

„Lieve dichters, schrijvers, muzikanten, acteurs, operazangers, minderjarige fagottisten, necrofiele tegelleggers, incestueuze imkers, Bulgaarse laminaatverkopers, sjamanistische touwslagers, bipolaire garnalenpellers, houd uw coronamisbaksels voor uzelf!” – Delphine Lecompte, NRC, 10-4-2020